Tabbladen

vrijdag 29 juli 2016

De Z van... Zelfbevlekking


De “Gezondheids-bibliotheek van het geslachtsleven” bestaat uit diverse boekjes zonder illustraties in twee series van elk tien deeltjes. “De zelfbevlekking, haar oorzaken, uitwerking en gevolgen” is nummer zes uit de eerste serie.
Deze titel verscheen oorspronkelijk in het Frans in 1891.

Van deze serie vinden we er een paar terug in WorldCat, waaronder enkele geschreven door dr. Hayès, maar ‘De Zelfbewaring’ (dat enkele drukken beleefde) zit er niet bij.
Oorspronkelijk verscheen de “Gezondheids-bibliotheek van het geslachtsleven” al in 1892 onder de naam van de Amsterdamse uitgever A. van Klaveren. Volgens het boek van Nop Maas: “Seks!... in de negentiende eeuw” (Nijmegen 2006) verschenen bij deze firma (tot ver in de twintigste eeuw!) wel meer van dergelijke - destijds opwindende - boekjes met een dubieus pseudowetenschappelijk tintje.


Mijn deeltje over ‘De Zelfbewaring’ is uitgegeven door de N.V. Gebr. Graauw’s Uitgevers-Maatschappij. Volgens informatie op de site: ‘Nederlandse bibliografie van Edgar Rice Burroughs’ (Tarzan!) ontstond deze N.V. in 1914 in ging ze in 1942 failliet.
De laatste (vijfde druk) van ‘De Zelfbewaring’ verscheen bij hen eind 1929 (‘Nieuwsblad voor den boekhandel’, jaargang 96).
Uit een krantenadvertentie in de Indische Courant van 1930 blijkt dat de twee series ook in zijn geheel werd aangeboden voor vijfentwintig gulden. Veel geld toen en daarom kon men desgewenst in tien maandelijkse termijnen betalen!


Het is opvallend hoe schimmig de auteurs zijn die over Zelfbewaring, Zelfbesmetting of - in dit geval - Zelfbevlekking schrijven.
Over dr. Hayès, is geen substantiële informatie te vinden en dat geldt eveneens voor twee andere medici(?) die in het tweede aanhangsel van het boekje figureren.
Ene dr. Jonathan Braun licht ons in over het onschadelijk maken der nadelige gevolgen van zelfbevlekking en dr. J.F. Albrecht heeft voor ons een speciaal dieet ter genezing.

Het eerste aanhangsel is trouwens van een nog bedenkelijker niveau want het gaat geheel over het “Nut van de geeseling in de genoegens van het huwelijk”!
Het is weliswaar anoniem en zonder bronvermelding opgenomen maar is vrij eenvoudig te identificeren als een gedeelte uit het boekje van de Duitse Joan. Henricus Meibomius (1590-1655): “De flagrorum usu in re veneria…” (Leiden, na 1639).
Daarvan verscheen in 1795 een Franse vertaling maar in het Nederlands is het bij mijn weten nimmer vertaald.

Dat onanie geen typische mannenhobby is blijkt ook uit dit boekje waarin uitgebreid wordt stilgestaan bij onanisten van het vrouwelijk geslacht.
Clitoridectomy, amputatie van de ‘kleine lippen’ en het uitsnijden van de eierstokken (!) wordt als oplossing voor de kwaal ontraden. In plaats daarvan is er een gezonde kuur voor de 'lijderessen' ter voorkoming van verder leed. Van harte aanbevolen!

vrijdag 22 juli 2016

De Z van... Zelfbesmetting


Mijn digitale sneupen op Boekwinkeltjes leidde enkele weken geleden naar een bijzondere uitgave van dr. Leopold Deslandes (1797-1852): “De Zelfbesmetting en de overige wijzen waarop men zich in het voldoen der geslachtsdrift kan te buiten gaan” (Rotterdam, z.j.).
Een oorspronkelijk Franse uitgave (1835) die in het Hoogduits werd vertaald dr. J.N. Schenck. De eerste Nederlandse druk, vertaald door C. Van der Post, verscheen in 1838. De ‘nieuwe’ uitgave uit 1854 kunt u hier raadplegen.

Als we de krantenadvertenties van de verschillende uitgevers en verkopers mogen geloven is ook dit weer zo’n bestseller in zijn genre die tot in de twintigste eeuw, oplage na oplage, verscheen. Mijn uitgave is alweer de vijfde (ongeïllustreerde) druk, waarmee rond 1920 wordt geadverteerd door de bekende Rotterdamse boekhandelaar D. Bolle (naamspreuk en uitgeversmerk: 'Delvende Bergopwaarts'). 
Net als het boekje van dr. Retau over ‘De Zelfbewaring’ is van deze uitgave, evenals van twee voorgaande Bolle edities, vrijwel niets terug te vinden. Ik vond een tweede exemplaar van de vijfde druk in Cornell University Library (Ithaka, New York) maar het aantal opgegeven bladzijden (368) klopt niet met mijn exemplaar dat er 249 telt.


De antiquaar die mij het exemplaar verkocht had in zijn beschrijving staan dat het boekje weliswaar in zijn oorspronkelijk papieren omslag zat maar dat deze helaas was ‘beschadigd’.
Ik besloot om de gok desondanks te wagen en opende enkele dagen later nieuwsgierig het postpakketje. Het bleek om een fraai behouden exemplaar te gaan! 
De vergissing van de verkoper is begrijpelijk.
Tot mijn verbazing bleek namelijk dat de papieren omslag, met titelgegevens op de voorkant en pikante reclame op de achterzijde, in feite een soort wikkel was waarvan de langere voorzijde over de voorsnede van het boek op de achterzijde werd vastgeplakt. Zodoende werd het boekje verzegeld en moest je het eerst kopen en de wikkel opensnijden of scheuren (zoals bij mijn exemplaar) om kennis te kunnen nemen van de inhoud. Een soort bescherming tegen nieuwsgierige blikken dus. Toegegeven een dergelijke vernuftige omslag is Perkamentus nog niet eerder tegengekomen!

Het boekje valt in twee delen uiteen. Het eerste gedeelte gaat over de “Gevolgen van de bovenmatige bevrediging der geslachtsdrift” met de hoofdstukken: 
1. “Over de gevaren welke uit de bovenmatige bevrediging der geslachtsdriften ontstaan”. 
2. “Over de omstandigheden, welke de bevrediging der geslachtsdrift, voor het gestel min of meer schadelijk doen worden”. 
3. “Verschijnselen en ziekten uit de bovenmatige bevrediging der geslachtsdrift ontstaande”. 

Het tweede gedeelte is getiteld: “Voorschriften ter voorkoming en behandeling van de bovenmatige bevrediging der geslachtsdriften” en bevat de volgende hoofdstukken: 
1. “Middelen om het bovenmatig bevredigingen der geslachtsdrift te voorkomen”. 
2. “Over de middelen om de nadelige gevolgen, welke door het te buitengaan in de bevrediging der geslachtsdrift zijn voortgebracht uit den weg te ruimen”. 

Het boek staat vol met verhalen van 'ongelukkige' dames en heren die zich – soms van kinds af aan - hebben overgegeven aan de zelfbesmetting. Daarnaast worden er talrijke tips gegeven over het voorkomen en bestrijden van de kwaal. 

Soms staat er verrassende informatie tussen die je niet zo gauw op Wikipedia zult vinden! Zo blijkt dat het paardenmiddel bij verstokte vrouwelijke onanisten bestond uit het operatief verwijderen van de kittelaar.


Vrouwenbesnijdenis was ook toen al een bekend verschijnsel in met name Afrikaanse landen maar om nymfomanie met behulp van deze ‘kunstbewerking’ te stoppen was volgens Deslandes een ideetje geweest van de Parijse vroedmeester André Levret (1703-1780). Deslandes weet voorts te vermelden dat de medicus Karl von Graefe (1787-1840) de eerste succesvolle vrouwenbesnijdenis in Duitsland (Berlijn) op 20 juni 1822 uitvoerde. 

Volgende aflevering: “De Z van… Zelfbevlekking”.

donderdag 14 juli 2016

De Z van... Zelfbewaring


In mijn bibliotheek staan een paar uitgaven van rond 1900 die de (sexuele) zelfbevrediging tot onderwerp hebben. Het meest gebruikelijke synonym in oude kranten, boeken en folders hiervoor is ‘onanie’.
Het is een dankbaar blogonderwerp. Bijna vier jaar geleden schreef ik er al eens over in: “Verlegen door onanie?”. Sindsdien staat dit stukje in de top drie van meest gelezen artikelen op dit blog.

Het woord ‘zelfbevrediging’ ter aanduiding van de seksuele activiteit duikt pas op rond 1930. Het verving langzaam maar zeker enkele andere woorden met een veel negatievere connotatie zoals; ‘zelfbewaring’ (door zelfbevrediging onttrek je kostbaar zaad aan zijn doel; de voortplanting), ‘zelfbevlekking’ (door zelfbevrediging bevlek je jezelf geestelijk en zedelijk) en ‘zelfbesmetting’ (door zelfbevrediging besmet je jezelf met kwalen en ziekten).

Wat uitgaven rond dit thema gemeen hebben is dat ze antiquarisch schaars tot zeldzaam zijn. Ook in openbare (bijzondere) bibliotheekcollecties komen ze maar mondjesmaat voor.
Toch gaat het om boekjes die soms decennia lang werden herdrukt en in grote oplagen zijn verschenen.
Dat ze desondanks vrijwel spoorloos zijn verdwenen heeft enerzijds te maken met de uitgaven zelf. Het zijn geen fraai geillustreerde en gebonden luxe-uitgaven maar op slecht papier gedrukte boekjes in een simpele papieren of kartonnen omslag.
Anderzijds was sex en alles wat daarmee in verband stond taboe. Niet alleen in de negentiende (‘Victoriaanse’) eeuw maar ook nog tot diep in de twintigste eeuw.
De desbetreffende titels werden daarom onder toonbank verkocht of na betaling per post in een neutrale envelop verstuurd.


Een goed bibliografisch overzichtswerk voor dit genre is het boek van Nop Maas: “Seks!... in de negentiende eeuw” (Nijmegen 2006). Het is vlot geschreven, rijk geïllustreerd en geeft de liefhebber en verzamelaar uitvoerige informatie over tal van (vaak spoorloos verdwenen) boekjes en brochures.

Terug naar mijn bescheiden collectie.
Het oudste boekje op de plank hier is “De zelfbewaring. Geneeskundige raadgever bij alle ziekten en verstoringen van het zenuwstelsel en geslachtsleven door onanie, uitspatting en besmetting. Met een aanhangsel over de gevolgen der onanie bij het vrouwelijk geslacht door Dr. O. Retau.” (Leipzig, Verlag-Magazin, z.j.).
Auteur, uitgever en inhoud (‘naar den 80en druk uit het Hoogduits vertaald’) doen vermoeden dat het hier gaat om een van oorsprong Duitse uitgave geschreven door een medicus.
Helaas! Noch het één, noch het ander is waar.

‘Dr. Retau’ (over wie verder niets te vinden is!) zal dus hoogstens voor de Duitse vertaling/bewerking verantwoordelijk zijn geweest maar vermoedelijk heeft hij nimmer bestaan. Al in 1850 wordt het boekje uit Leipzig (dan nog uitgegeven door ene ‘Laurentius’) kritisch besproken door een echte Med.Dr. H.A. Hacker.

De Duitse uitgave blijkt terug te gaan op een Engels boekje geschreven in 1841 door ene dr. Samuel La’Mert. Van de uitgave van La’Mert verscheen al eerder, in 1849, een Nederlandse vertaling.
Nop Maas schrijft: “Ze werd door de Amsterdamse arts P.J. Koorn vervaardigd naar de zesendertigste Franse uitgave. In 1861 verscheen een nieuwe Nederlandse vertaling naar de veertigste en in 1872 een derde naar de negentigste Franse uitgave. Nog in het begin van deze eeuw is een Nederlandse druk gesignaleerd bij de uitgever Koster” blz. 31).


Mijn boekje werd in een kartonnen bandje gezet met op het voorplat de oorspronkelijke voorzijde van de papieren omslag. Ik vermoed dat mijn uitgave de ‘Kosteruitgave’ is waarmee hij vanaf 1886 adverteerde. Aangezien zijn naam nergens in deze uitgave voorkomt lijkt het er op dat hij de boekjes alleen maar doorverkocht.
Slaan we het boekje open dan volgen na de titelpagina (zonder jaartal) 2 romeins genummerde pagina’s met een ‘Voorrede voor de 70e oplage’, een ‘Voorwoord der 75e oplage’, een ‘Voorwoord der 80e oplage’ en een inhoudsopgave, met verklaring van de 27 afbeeldingen (op 14 platen).
Daarna komt zonder paginering een inleiding bij de Nederlandse uitgave en volgen de veertien platen (gedrukt op een andere soort papier).
Na de illustraties begint pagina 1 t/m 208. Pas op de allerlaatste pagina onderaan staat als drukker vermeldt: Bär & Hermann (Leipzig).


Volgens de inleiding bij deze Nederlandse uitgave zijn er van dit boekje in enkele jaren 300.000 exemplaren (in tachtig oplagen) verkocht! Bovendien werd het vertaald in het Engels, Frans, Italiaans, Russisch, Pools, Boheems, Zweeds, Deens en Nederlands!
Indrukwekkende informatie, maar wie op WorldCat zoekt vindt daarvan vrijwel niets terug! Van mijn exemplaar is mij slechts één ander bekend dat zich bevindt in de Koninklijke Bibliotheek van België in Brussel (III 8.920 A (Magazijn - Algemene Leeszaal)).

De uitgave heeft een pseudo-wetenschappelijke inslag. Behalve een beschrijving van de rampzalige geestelijke en lichamelijke gevolgen (bij mannen en vrouwen!) gestaafd met enkele gevallen, in de vorm van 'slachtofferbrieven', komt op bladzijde tweehonderd de aap uit de mouw.
Door een flinke financiële investering kan men hulp en medicijnen krijgen die de lijder van zijn probleem (onwaarschijnlijk) en geld (hoogstwaarschijnlijk) afhelpen.


Volgende aflevering: “De Z van… Zelfbesmetting”.