Tabbladen

maandag 12 december 2016

De complete verzameling


Haarlem is de stad waar volgens sommige koppige en halsstarrige bibliofielen de boekdrukkunst werd uitgevonden door Laurens Janszoon Coster en al twee maal heb ik op dit blog over hem geschreven.
Het is ook de stad waar het Nederlands Genootschap van Bibliofielen (NGB) afgelopen zaterdag, 10 december, haar vijfentwintigjarig jubileum vierde.
Puur toeval natuurlijk maar Haarlem is wel een stad die zijn sporen op het gebied van de boekdrukkunst heeft verdiend!
Het was een jubileumviering in stijl met, net als vijf jaar geleden in Den Haag, een bijeenkomst waar een boekje werd gepresenteerd, een museumbezoek met veel aandacht voor boeken en ‘last but not least’ een afsluitende borrel met diner.

Een kleine honderd bibliofielen verzamelden zich ’s middags vanaf 13.00 uur in het Teylers Museum. Daaronder bevond zich een aantal introducees, waaronder 'De Boekensneuper', die ik persoonlijk had uitgenodigd. Wij werden eerst verwelkomd door Herman Voogd (hoofd collectiebeheer wetenschap Teylers Museum) waarna onze voorzitter, Eddy Schuyer, van wal stak met een feestrede.

Vervolgens was het de beurt aan ons lid Paul van Capelleveen (conservator Koninklijke Bibliotheek), de auteur van onze jubileumuitgave: “De complete verzameling. Notities over het einde van boekencollecties” (Amsterdam, 2016).
Aan de hand van een aantal voorbeelden vertelden hij de aanwezigen hoe uit zijn notities - over de verhouding tussen openbare en particuliere boekencollecties in Nederland vanaf ongeveer 1800 - blijkt dat die relatie in de loop der eeuwen is verschoven.
Na zijn toespraak werd aan hem door Eddy Schuyer het eerste exemplaar uitgereikt.

Hierna sprak Marijn van Hoorn (oud-conservator van Teylers natuurhistorische bibliotheek) over de collectie van het museum onder de titel ‘Teylers boeken en Teylers Bibliotheek’. Tot slot schetste Johan de Zoete (voormalig conservator van Museum Enschedé), onder de titel ‘Over Drukkerij Joh. Enschedé’, kort de geschiedenis van de drukkerij en lettergieterij, die bijna 300 jaar op het Klokhuisplein was gevestigd in het pand waarin zich nu restaurant Stempels bevindt.

Na een korte pauze werd het tijd om met onze neus in de boeken te duiken!
Speciaal voor ons waren een aantal bibliofiele en zeldzame topstukken die zelden of nooit te zien zijn uit de kluis gehaald. Wat dacht u van ‘Birds of America’ van Audubon, de eerste druk van Linnaeus zijn ‘Systema Naturae’, de atlas van James Cook en Hamiltons vulkanenboek? Verder zeer fraai afgezette exemplaren van de ‘Hortus Eystettensis’ van Besler, ‘Poissons, ecrevisses et crabes' van Louis Renard en ook de ‘Atlas Maior’ van Ottens, de ‘Metamorphosis Insectorum Surinamensium’ van Maria Sybilla Merian en rariora als het album met tekeningen van Javaanse planten van Nicolaas Witsen.

Tussen neus en lippen door wierp Perkamentus ook nog een blik op de her en der opgestelde bijzondere objecten waaronder natuurlijk het kastje van Boudewijn Büch (1948-2002) met het befaamde ‘Dodobotje’ (lees schildpadbotje!).
Wie daarna nog tijd en lust had kon ook nog de grote overzichtstentoonstelling van het werk van de schilder Jan Weissenbruch (1822-1880) bekijken.


Tussen 17.30 uur en 21.00 uur was er een gezellige borrel met aansluitend feestdiner in restaurant Stempels waar iedereen zijn bestelde jubileumboekje(s) kon afhalen.

De complete verzameling. Notities over het einde van boekencollecties’” van Paul van Capelleveen werd uitgegeven door Uitgeverij De Buitenkant en verscheen in oplage van 500 exemplaren (waarvan 250 genummerd voor het Genootschap). Onze jubileumuitgave werd gebonden in een mooie donkerblauw linnen band en past wat betreft vormgeving en formaat prima bij ons jubileumboek uit 2010. De bandstempel evenals de fraaie schutbladen zijn ontworpen door Hansje van Halem. Het boek bevat talrijke illustraties in kleur en zwart/wit, een literatuurlijst en een register (totaal 176 blz.).
De titels van de hoofdstukken zijn:
1. De incomplete verzameling. 2. De kunstverzamelaar als schenker. 3. Het onvrijwillige einde van een verzameling. 4. Particulier of publiek? 5. Hendrik Riedel, ‘Le défunt à son lit de mort’. 6. De verzamelaar zonder keuze. 7. De verzamelaar als museumstichter.
8. De kunst van het wegdoen van boeken. 9. De noodzaak van het weggooien van boeken. 10. De toekomst van de verzameling. 11. Verzamelaars van het werk van Louis Couperus. 12. De verzamelaar als modernist. 13. Revianen en hun collecties.
14. De waarde van het boek. 15. Een verzameling van Russische literatuur.
16. Het ‘waarom’ van een verzameling. 17. De moderne bibliofiel.


Perkamentus die intensief betrokken was bij het een en ander en het jubileumboekje inmiddels van haver tot gort kent vond een paar passages die ook hem als bibliofiel aanspreken en die hij u niet wil onthouden.
Zo schrijft Paul over hoe hij in de jaren tachtig bijkluste bij de meesterboekbinder David J. Simaleavich:
Wat me destijds aansprak was dat de meest uitzonderlijke boeken konden worden opgesteld in de lelijkste kasten, of dat nu ongeschilderde Ikea-kasten zijn, of special getimmerde houten planken langs meterslange muren. Bij David stonden de bandjes in Billy’s” (blz. 14). Idem bij Perkamentus!

Ook constateerde Paul destijds aan de hand van catalogi dat de verzameling van Ton Leenhouts (Charles-Ricketts en Vale Press verzamelaar) ‘niet compleet’ was.
Wat ik niet besefte was dat ik niet te maken had met een verzamelaar die naar completering streefde, maar naar een liefhebber die puur voor zijn eigen plezier boeken kocht, daarbij steeds nieuwe wegen inslaand, nieuwe kernen in de collectie aanbrengend die soms op een voor mij onnavolgbare manier aan elkaar gerelateerd waren. Dat was juist de hoofdzaak van zijn collectie. De verzameling als een aaneenrijging van interesses, een netwerk, niet een fort; een spoor van associaties, niet een zucht naar vervolmaking. Leenhouts is een verzamelaar die zijn intuïtie en passies nooit heeft laten verdringen door een monomane verzameldrift (met verplichte nummers zoals topstukken). Zijn verzameling spiegelde zijn persoonlijkheid en zijn diepgaande veranderlijke interesses” (blz. 14/15).

Deze manier van verzamelen typeert ook Perkamentus antiquarius.
Ik ben - zoals bekend - een liefhebber van oudheden waaronder vooral boeken, maar zelfs op boekengebied heb ik vele interessegebieden (waartussen soms onnavolgbare relaties zitten). Lees mijn blog en u kent mijn collectie en interesses.


En deze – tot slot - is ook heel waar!
… de manier waarop Umberto Eco zijn privébibliotheek volstouwde met ongelezen boeken, meer boeken dan hij ooit zou kunnen lezen. Daarbij ging het niet om het feit dat ze ongelezen bleven, maar dat ze gelezen zouden kunnen worden. Wie een boek niet kent, weet niet dat hij het kan lezen” (blz. 97).

Dus kopen dat jubileumboekje (€ 35,- euro), lezen kan dan altijd nog!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten