Tabbladen

vrijdag 18 augustus 2017

Post uit het verleden

Het zal de meeste van mijn lezers wel eens zijn overkomen.
U koopt een leuk boekje ergens in een antiquariaat, op de boekenmarkt of in de kringloop en thuisgekomen ontdekt u tussen de pagina's verstopt 'iets' dat een vorige eigenaar heeft vergeten.
Dat 'iets' had vaak de functie van boekenlegger maar kan van alles zijn. Een vergeten bankbiljet, toegangskaartje, ansichtkaart, brief of gedroogde bloemen en bladeren worden regelmatig tussen de bladzijden teruggevonden. Vergeten plakken salami en kaas ben ik persoonlijk nog niet tegengekomen maar anderen wel en onlangs las ik nog over de vondst van een ganzenveer achtergelaten door de schrijver in een middeleeuws manuscript.


Een aardig boekje hierover (ik heb het zelf niet) lijkt mij Michael Popek's: "Forgotten Bookmarks - A Bookseller's Collection of Odd Things Lost Between the Pages" (New York, 2011).
Van dezelfde auteur bestaat overigens ook een culinaire variant op dit thema: "Handwritten Recipes - A Bookseller's Collection of Curious and Wonderful Recipes Forgotten Between the Pages" (New York, 2012)!
Kopen?
U kunt ook op de link in een van bovengenoemde titels klikken, dan komt u op het gelijknamige blog terecht waar u uw hart kunt ophalen.
Daarnaast zijn er voor liefhebbers van 'things found in books' diverse voorbeelden te vinden bij 'Found in Books'.

In mijn kringloopwinkel vond ik laatst: "Leven en werk van Dirk Volckertsz Coornhert" (Amsterdam, 1978). Een net exemplaar met stofomslag geschreven door dr. Hendrik Bonger (1911-1999). In het NRC Handelsblad van 20 oktober 1978 verscheen een lovende kritiek op deze uitgave en de biografie won de dr. Wijnaendts Francken-prijs 1979 van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.


Voor twee euro vijftig werd ik de nieuwe eigenaar. Ik hou wel van biografieën over interessante historische figuren en Coornhert behoort daar zeker toe. Er was echter nog een reden die mij over de streep trok.
Toen ik het boek doorbladerde trof ik tot mijn verrassing een nieuwe witte envelop aan die als bladwijzer tussen twee bladzijden was gestoken. Er was met een ballpoint op geschreven: "Brief van H. Bonger aan S. Goudeket en M. Goudeket-Philips".


Ik heb wel vaker post uit het verleden (die niet aan mij was geadresseerd) ontvangen. Meestal zijn het kaartjes, briefjes en kattebelletjes van onbekende personen maar een enkele keer gaat het om de sporen van 'BN'ers uit de vaderlandse historie'.
Eerdere vondsten heb ik beschreven in: "Ephemera uit vak U7" en: "Uit mijn bakken".
Mijn (voor)laatste vondst, een aantal maanden geleden, zat in een brochure die ik bij Jos Albers op het Waterlooplein kocht. Het gaat om een lidmaatschapskaart uit 1932 van de "Nederlandsche Centrale Vereeniging tot bestrijding der tuberculose" die toebehoorde aan de Nederlandse Nobelprijswinnaar Pieter Zeeman (1865-1943).


Natuurlijk had ik in de kringloop Bonger's brief (die aanmerkelijk ouder was dan de envelop in eerste instantie deed vermoeden!) vluchtig bekeken maar thuisgekomen las ik deze nogmaals aandachtig door.


Hendrik Bonger schreef de brief tijdens zijn verblijf in Dennenheuvel, een villa aan de Arnhemseweg tussen Apeldoorn en Beekbergen, ooit gebouwd voor de koopman J. ten Sijthoff. Het huis heeft na het overlijden van de eigenaar nog enige tijd dienst gedaan als pension voor ouderen maar is rond 1970 gesloopt en verdwenen.



De brief is gedateerd zestien juli 1944, ruim een maand na D-Day, en gericht aan (volgens het handschrift op de envelop) de destijds ondergedoken Sam Goudeket (1886-1979), gehuwd met Marianne Goudeket-Philips (1886-1951). De volledige tekst luidt:

"Adres:   J. ten Sijthoff                                                               Beekbergen, 16-7-44
               Dennenheuvel
               Beekbergen

Beste vrienden, 
Misschien herinneren jullie je nog vaag het bestaan van ondergetekende en zijn vrouw.
Het moet later maar eens allemaal mondeling bepraat worden wat we gedaan hebben en wat onze lotgevallen zijn geweest. Erg thrilling zijn de onze niet. We zijn meestal hier in 'Dennenheuvel', Beekbergen, waar we een eigen kamer hebben; we werken soms maanden op een boerderij, dan weer maanden aan de dissertatie die ik zo graag af wou hebben vóór de bevrijding, maar wat wel niet zal lukken, hoewel ik flink opschiet. 
Dan doen we samen veel waarover later ook eens mondeling, in vrede en vriendschap vereend in Amsterdam of op Wieringen of ergens waar wij zullen kunnen. 
We poetsen al onze oude ideeën en waarden weer op, halen ze uit de grond en de kast om ze gauw weer bij de hand te hebben; we zijn niet veranderd, alleen wat minder optimistisch, minder humanistisch, minder anti-militaristisch, maar verder wel 'op de oude voet voortgaand'; of jij weleerwaarde mijn ziel nog zal moeten verzorgen op de slagvelden van Java of Sumatra, dat weet ik niet, maar ik geef met toch maar op als het zo ver is; altijd praten en ideeën en niets doen dat is het ergste geweest van deze vier jaar.
Misschien willen ze me niet, maar dat moeten de Heren maar uitmaken.
Heel vaak denken we aan mijn jaargenoot en haar man. Hoe zouden ze het maken? 
Ik hoorde dat ze wel eens post ontvingen en vandaar de envelop in deze brief. Van To hoorde ik dat ik maar zo moest doen. 
Voor de winter is het uit met het gestoei in de wereld, of denken jullie van niet? Wij rekenen er maar op. Willen jullie eens wat laten horen, hoe het leven in de pastorie gaat en van allerlei?
Heel veel groeten en bedankt voor de dienst, en het allerbeste met jullie. Van Henk en Toot B.".

Normaal gesproken lees ik andermans post niet en is het ook niet netjes die openbaar te maken.
In dit geval echter zijn de hoofdpersonen overleden en vind ik de inhoud een aardige aanvulling op Bongers biografie die terug te vinden is op de website van de Digitale bibliotheek der Nederlandse letteren (DBNL). Mee eens?

vrijdag 4 augustus 2017

Over mijn bibliotheek, vijf jaar later...

Vijf jaar geleden, in oktober 2012, schreef ik "Over mijn bibliotheek".
Sindsdien verschenen 130 stukjes op dit blog met wisselend succes. Het verhaaltje over mijn bibliotheek behoort, als ik mijn statistieken mag geloven, tot de succesvolste en wordt nog steeds regelmatig gelezen. Er is sindsdien wel wat veranderd en daarom is het tijd voor een update.

'Toon mij uw boekenkast(en) en ik zeg wie u bent' is kennelijk een populair onderwerp.
Ik geef toe dat ik zelf ook graag lees over andermans boekenkasten c.q. bibliotheek maar zelden ben ik onder de indruk.
Neem bijvoorbeeld "De boekenkast van", van Erwin Reijers, waarin de kast(en) van tal van bekende Nederlanders (en Belgen) de revue passeren en onder de loep worden genomen. Al dan niet terecht zullen de aanblik en inhoud daarvan voor de meeste beschouwers en lezers niet alleen een indicatie zijn voor de belezenheid van de geportretteerde maar ook voor diens intellectuele - en culturele beschavingsniveau.
Jammer genoeg is het voor mij vaak de bevestiging van het feit dat de meeste BN'ers (en BB'ers), net als de meeste boekenliefhebbers geen bibliofiel zijn maar gewoon (veel)lezers. Kortom geen fraai gebonden bandjes en bijzondere boeken met een interessante geschiedenis maar een hoog gehalte aan pockets en andere in grote oplagen goedkoop gefabriceerde Nederlandse en buitenlandse pulp lectuur.
Zelfs de boekenplanken van Koning Willem Alexander getuigen van een weinig bijzondere of verfijnde smaak (en niet alleen naar mijn mening).

Toen ik vijf jaar geleden voor het eerst over mijn bibliotheek schreef zaten mijn zes Ikea Billy boekenkasten prop- en overvol. Twee jaar en vele boeken later was daarin nog steeds geen verandering gekomen zoals u kunt lezen in: "De derde stapel, een affaire...". Wachten tot het echt niet meer gaat zoals in 2011 herhaalde zich in 2017.
Het zag er dus "Vol!" uit en leidde vaak tot de conclusie dat er "Geen plek!" meer was, anders dan op één van de boekenstapels. Menigmaal verzuchtte ik dat de juiste boekenkasten moeilijker verkrijgbaar waren dan de boeken maar begin dit jaar kon ik eindelijk via Marktplaats twee kasten tegelijk kopen die bovendien bij mij werden langs gebracht (want ik beschik zelf niet meer over een auto).
Ik kan nu weer ademhalen al is het maar voor (heel) even want de kasten die ik kocht zijn meteen gevuld met de stapels die zich in mijn kleine studeerkamertje hadden gevormd en de talloze boeken die op en in de kasten (liggend op de rijen) lagen te wachten op de komst van nieuwe boekenkasten.

Hoe is de situatie hier nu?
Allereerst heb ik de opstelling van de kasten in de huiskamer veranderd. Voorheen stonden alle kasten met hun rug tegen de muur maar nu heb ik zes kasten met hun rug tegen elkaar gezet en één tegen de trapkast wand. Gelukkig is onze woonkamer breed en lang genoeg (de zeven kasten vallen nauwelijks op als je binnenkomt) en deze opstelling geeft mij een echt bibliotheekgevoel! Eventuele uitbreiding is nog mogelijk door het plaatsen van drie smalle kasten tegen de zijkant van de drie dubbele kasten. Natuurlijk is het niet de vraag of dat gaat gebeuren maar wanneer dat gaat gebeuren...

Mijn huiskamerbibliotheek bevat nu vooral seriewerken, (auto)biografieën, Limburgensia, genealogie, algemene(vaderlandse) geschiedenis en tal van andere onderwerpen (tabak & roken, dood & begraafplaatsen, erotiek, Egyptische, Griekse en Romeinse geschiedenis, bijzondere woordenboeken etc.). Het overgrote deel is non-fictie met hier en daar wat luchtige uitzonderingen zoals rijtjes Eco, Dekkers, Haasse en wat Mak.
De meeste kringloopvondsten vinden uiteindelijk hier een plek.


Mijn studeerkamerbibliotheek is niet veranderd wat betreft de kastopstelling. Wel heb ik door de komst van extra kastruimte beneden de onderwerpskeuze boven kunnen aanscherpen. De drie kasten bevatten nu uitsluitend 'boeken over boeken' (ruim negen meter), Amstelland & Amsterdam (drie meter), Atlassen (ca. 1 meter) en boeken van voor 1945 inclusief contemporaine uitgaven uit de Tweede Wereldoorlog (ca. 1 meter).
In de archiefkast staan in dubbele rijen alle bijzondere uitgaven; 'old en rare' en mijn in perkament gebonden boeken uit de zeventiende en achttiende eeuw (vooral geschiedenis waaronder oude kronieken, Amsterdam en Amstelland, topografie en oude literatuur). In de zwarte dozen onder in de kast zit voornamelijk moderne bibliofilie; dit soort boekjes...
Die archiefkast was vijf jaar geleden al (te) vol maar barst nu uit zijn voegen.


In de tussentijd kwamen er immers verschillende kleine collecties bij; Helmers ('De Hollandsche Natie'), Hennebo ('Lof der Jeneever') en Van der Goes ('De Ystroom').
Min of meer gedwongen verhuisde ik daarom veel negentiende en vroeg twintigste eeuwse boeken (over straatmuzikanten, gevangenisleven, zwervers, colportage en middernachtzending) uit deze kast naar... een stapel op de oude babycommode.
Een tweede stapel daarachter bevat onder andere de tiendelige serie rode bandjes met werken van Walter Scott waarover u hier kunt lezen. Op het zwarte ladekastje er naast staan twee kattekoppen (17de eeuwse wijnflessen), restanten uit mijn periode als amateur archeoloog en schatgraver. Daar achter ziet u een stapel met jaarboeken van het Nederlands Genootschap van Bibliofielen met 'on top' de twaalfdelige serie "Verzameling der werken van A. Fokke Simonsz." (Amsterdam, 1830/1835).


Op de boekenkasten staan (aan twee kanten) mijn fameuze metalen tijdschriftenbakken met zeer diverse inhoud zoals u hier kunt lezen.
Wat in de tussentijd vooral groeide is mijn deelcollectie bijzondere folders & brochures. Inmiddels stapelen de zuurvrije dozen (totaal zijn het er nu acht) met dit efemere drukwerk zich hier letterlijk op. Ze bevatten vooral schaarse uitgaven over Amsterdam/Amstelland, armoede, riolering & afvalverwerking, seksualiteit (lees mijn drieluik "De 'Z' van..." en "Vrouwenbeschutting") en 'blanke slavinnen' (dat onderwerp is van een publicatie volgend jaar).
Uit deze dozen putte ik voor mijn Twitter-project "50 Bizarre Brochures" (dat een ode is aan de handelaar bij uitstek daarvan, de helaas alweer vier jaar geleden overleden Amsterdamse antiquaar Louis Putman (1923-2013).


In een aparte kaartenmap bevinden zich mijn losse topografische kaarten en stadsplattegronden plus wat restauratiemateriaal in de vorm van oud en nieuw zuurvrij papier alsmede oud en nieuw (hand)marmerpapier.
Mijn handschriften maar ook gedrukte archivalia waaronder een deelcollectie lokale 'keuren en ordonnantiën' bewaar ik in mappen in een aparte zuurvrije doos.
Een doodenkele keer bewaar ik iets in boeken zoals de ansichtkaarten van 'Naatje' op de Dam in het “Gedenkboek der oprichting van het monument ter herinnering aan den volksgeest van 1830 & 1831” (Dordrecht, 1858). Een ander voorbeeld is Nederlands oudste openbaar vervoersbewijs (een uniek kaartje voor de trekschuit uit 1775) dat ik bewaar in een zuurvrij hoesje bij: “Ordonnantie op de vaart langs den Amstel, Drecht en Aar…” (Amsterdam, z.j.).


Tussen al dat boekengeweld staan hier en daar wat oude en bijzonder objecten want zoals u weet ben ik door en door het voorbeeld van een antiquarius en is mijn belangstelling voor cultuurhistorisch erfgoed dus erg breed. Historische objecten komen er overigens (en gelukkig maar) mondjesmaat bij, want mijn ruimte is beperkt en voornamelijk bedoeld voor boeken.
Toch heeft u sinds mijn eerste stukje over mijn 'private library' kunnen lezen over het beeldje van Coster dat ik in 2014 kocht en over enkele oude bijzondere clichés die ik in 2015 bemachtigde.

Veel is nog niet besproken zoals mijn kleine collectie (tien objecten) dertiende eeuws proto-steengoed uit Brunssum/Schinveld (Limburg), het gebied waar mijn familienaam voor het eerst opduikt in de geschiedenis. Feitelijk het serviesgoed waaruit mijn voorvaderen dronken en aten!
Ook nog niet besproken - maar dat doe ik nu even hier - zijn de oude ijzeren handboeien met originele schroefsleutel die ik vorig jaar kocht via Marktplaats.

Gelukkig zijn ze gestempeld met de firmanaam 'Froggatt' (nummer '87' en 'Hard'). Met die gegevens is via Google gauw te achterhalen dat het gaat om Engelse 'handcuffs' gemaakt rond 1850 door een bekende negentiende eeuwse boeienfabrikant uit Birmingham, die ondermeer leverde aan Harry Houdini (1874-1926).
Wie zou ze hebben gedragen? Wat voor verhaal en leed schuilt erachter?
Zo'n (verzamel)object kan mij enorm boeien en doet mij af en toe denken aan mijn onfortuinlijke overgrootvader!

Ondertussen - beste boekenvrienden - gaat hier de stroom aan oud en nieuw maar altijd interessant (en meestal ingebonden) bedrukt papier gestaag door.
Deze week arriveerde hier met de post weer twee aanvullingen 'curious, old & rare' dankzij mijn nimmer aflatende 'Sneupen 2.0'. Beiden zijn trouwens de moeite van een aparte bespreking waard!
Kortom, u hoort weer van mij...