Een antiquarius over verzamelen, bibliofilie, historische objecten & cultureel erfgoed
zaterdag 1 oktober 2011
Bij het graf van Charles Nypels
Vrijdag, een week geleden.
Langzaam kuierend, met een sigaartje, over de boekenmarkt op het Amsterdamse Spui passeerde ik de kraam van het Leidse antiquariaat Klikspaan.
“Ik heb weer nieuwe boeken over typografie” zei Axe van Maanen tegen me.
'Zo, zo', dacht ik, zo langzamerhand beginnen ze me hier te kennen.
Nieuwsgierig dook ik zijn kraam in. Inderdaad vond ik wat smakelijke uitgaven waaronder een exemplaar van: “In Memoriam Charles Nypels 1893-1952”, (Amsterdam, 1953).
Na het overlijden van de grote typograaf, drukker, uitgever en auteur gedrukt door de N.V. Lettergieterij ‘Amsterdam’ voorheen N. Tetterode waar Nypels destijds onder begeleiding van de eveneens befaamde Sjoerd H. de Roos (1877-1962) het vak leerde. Een uitgave niet in de handel maar bestemd “voor de vrienden van Charles Nypels en de minnaars van het schone boek”. Dat moeten er nogal wat geweest zijn want de oplage bedroeg maar liefst 2000 exemplaren!
De overigens smaakvolle, naar een typografisch ontwerp van eerder-
genoemde De Roos, uitgegeven brochure is dan ook antiquarisch bepaald niet schaars.
Alleen al op boekwinkeltjes.nl staan zo’n vijftien exemplaren voor prijzen van € 5,- tot € 95,- euro.
Ik betaalde voor mijn exemplaar
€ 25,- euro, maar deed dat meer om de bijlagen, dan om de brochure zelf.
Wat hier namelijk los bijzat was de originele aanbiedingsbrief die voor zover ik kan nagaan vrijwel altijd ontbreekt (Antiquariaat Fokas Holthuis bood in zijn nieuwsbrief 278, 15 oktober 2008 een exemplaar aan met deze aanbiedingsbrief voor € 15,- euro). Nog belangrijker was een andere losse toevoeging die vermoedelijk veel zeldzamer geworden is.
Het gaat om een kopie van een getypte brief van Aldert (Maria) Witte (1916-1974) typograaf en auteur van het opgenomen artikel “Meester-drukker” waaruit blijkt dat het slot van zijn bijdrage ‘abusievelijk’ niet werd afgedrukt!
De opmerking in potlood onderaan de brief “niet voor publicatie!” maakt het geheel nog raadselachtiger.
Hoe dan ook, als we het slot van de bijdrage van Aldert Witte lezen valt het niet eens op! De laatste zin is hoogstens wat onbevredigend omdat ze niet ten hemel prijst maar een kritische noot bevat:
“Hij (Nypels) wist daarbij, veelal met bereidwillige medewerking van sierkunstenaars en illustrators, zijn vaak gedurfde oplossingen tot werkelijkheid te brengen en de tekst op geheel oorspronkelijke en aantrekkelijke wijze tot een boek te maken, zij het echter niet steeds in een het lezen bevorderende vormgeving.”, was getekend ‘Aldert Witte’.
Uit de brief blijkt nu dat de juiste slotzin had moeten zijn: “De liefde voor het boek die hij mede door zijn geestdriftig woord in anderen wist los te slaan of te stimuleren, het vele schoons en in anderen zin het gedurfde en ongekende hetwelk hij ons heeft nagelaten, doen ons hem met dankbaarheid een blijvende plaats geven in de geschiedenis van de herleving der boekdrukkunst in Nederland.”
Niet alleen Aldert Witte moet zich flink hebben geërgerd. Als het bij deze typografische halfgoden, de betreurde overledene incluis, ergens om draaide in hun glorieuze carrière dan was het wel de tekstverzorging. Maar er is meer rampspoed...
Want behalve het flinke onbedoelde tekstverlies is er die opzichtige fout op de voorkant en titelpagina van deze brochure.
Charles Nypels werd niet in 1893 maar in 1895 geboren…
Wat zouden al die talloze 'vrienden van Charles Nypels en minnaars van het schone boek' daarvan hebben gevonden?
Het is bijna middag als ik mij op de laatste septemberdag meld bij de RK-begraaf-
plaats aan de Kerklaan in De Bilt. "Loopt u maar mee" zegt ze en samen met een oudere dame van de administratie loop ik naar een eenzame monumentale steen
(rij 1, nr. 2). Geen twijfel mogelijk; hier ligt - ver verwijderd van zijn Limburgse geboortegrond - de enigszins vergeten 'meester drukker'.
'In deo vivas' lees ik en geknield maak ik een paar foto's. Verbaasd over zoveel eerbiedige belangstelling mompelt de dame: "U bent op tijd. De grafrechten verlopen volgend jaar, dan zal het graf wel worden geruimd...".
De zon schijnt uitbundig en ik staar peinzend voor me uit. Zouden er nog 'vrienden van Charles Nypels en minnaars van het schone boek' zijn die daar wat om geven?
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten