Sir Winston Churchill (1874-1965) zag je zelden zonder
sigaar.
Toen de bekende Britse Ik zou niet willen beweren dat sigaren mij in vorm houden, maar sinds mijn studietijd rook ik graag (en regelmatig) een sigaartje (nee, ik ben niet de ‘trouwe vriend’ in dit toepasselijke stukje).
Zoals elke beginner rookte ik aanvankelijk van alles, verschillende merken, formaten, rijp en groen door elkaar. Pas na enige tijd ontwikkel je een eigen smaak (want daarom draait het bij sigaren) en voorkeur.
Voor mij geen grote Cubaanse sigaren (longfillers), want die vind ik persoonlijk niet zo lekker, maar sigaren als ‘
Binnenshuis rook ik eigenlijk nooit. Meestal zit ik buiten in de tuin met een boekje, koffie en een sigaar maar ook op de boekenmarkt slenter ik graag van stalletje naar stalletje met een sigaartje. Soms tot irritatie van medesnuffelaars die mopperend plaatsmaken (en dat is precies mijn bedoeling), soms tot genoegen van iemand die zelf sigaren rookt of die daar herinneringen aan heeft (‘Ooooh mijnheer, zo rook het altijd bij mijn grootvader…’).
Een grootverbruiker als Koning Faroek I van Egypte (1920-1965), die regelmatig in Genève nooit minder dan 5.000 sigaren per bezoek kocht, ben ik niet. Gemiddeld één sigaar per drie dagen en zelden meer dan twee sigaren op één dag. Ik kan ook heel goed zonder, soms wekenlang niets en dan opeens begint het weer te kriebelen.
Vaak is daar een aanleiding voor zoals laatst toen ik bij mijn favoriete kringloopwinkel het boekje “De Nederlandse Sigaar. De wereld van puur genieten” (Eindhoven, 1998) tegenkwam voor € 1,25.
Een dag later kocht ik een doosje Hajenius Corona Sumatra, stak er een op en bladerde naar de beschrijving op bladzijde 131. Behalve wat objectieve gegevens zoals formaat en samenstelling staat er, net als in wijngidsen, ook een beschrijving van de ‘Geur’, ‘Smaak’, ‘Balans’ en ‘Nasmaak’. Zó nadrukkelijk herken ik dat allemaal niet maar net als bij wijn ben ik ook geen echte sigarenkenner.
Ik bezit een klein aantal boekjes over sigaren (roken). Eén ervan, “De kunst van het sigaren roken. Vier fanaten geven hun geheimen prijs” (‘s-Gravenhage, 2005) ontving ik een aantal jaren geleden tijdens de cursus ‘Genietend Roken’ bij het bekende Amsterdamse sigarenhuis Hajenius. Een leerzame en bijzonder leuke ervaring die ik iedere liefhebber kan aanraden.
De andere uitgaven kwamen in de loop der jaren tot mij zoals dat van de beroemde Zino Davidoff (1906-1993): “Het boek van de sigaar” (Amsterdam, 1989).
Als antiquarius heb ik ook een tijdje antieke objecten verzameld die bij mijn sigaren roken pasten. Zo kocht ik jaren terug in Den Haag twee fraaie eind negentiende eeuws gefineerde houten kistjes. Een kleine (‘cigares’) waarin ik mijn La Paz - en Olifantsigaren bewaar en een grotere (‘tabac’) voor mijn Hajenius sigaren.
Beiden staan overigens regelmatig leeg, want boeken kosten ook geld en als ik moet kiezen, kies ik voor boeken!
Daarnaast bemachtigde ik via Marktplaats een prachtige gestoken Engelse Sterling zilveren sigarendoos voor onderweg (gemaakt door Samuel M. Levi in 1900 in Birmingham) waarin vier tot vijf sigaren passen (De letter B liet ik er later ingraveren). Alleen voor bijzondere gelegenheden natuurlijk en om indruk te maken, meestal neem ik mijn lelijke stalen sigarenkoker mee waarin twee sigaren passen.
Ook in de boekenwereld behoort het nuttigen van tabak tot de vaste rituelen.
De fameuze Joodse boekhandelaar Barend Boekman (1869-1942) rookte sigaren. De oude (Henk) Brinkman van het gelijknamige Amsterdamse antiquariaat rookte pijp en vond het niet erg als ik met een sigaartje door zijn voorraad snuffelde. Om de hoek, in de Rosmarijnsteeg, bij antiquariaat Straat en De Friedesche Molen houden ze ook van tabak en is het roken van een sigaar geen probleem. Vaak kan ik aan boeken ruiken of de laatste eigenaar een roker was.
Overigens is het wel handig om je handen vrij te hebben bij het bladeren in de oude en nieuwe boekjes. Thuis heb ik daar een waardige oplossing voor. Om mijn rokertje tussen twee trekjes door te laten rusten gebruik ik een fraaie Engelse Sterling zilveren sigarenstandaard uit 1905 (gemaakt door Deakin & Francis).
En nu weer rustig een trekje nemen en bladeren… Boeken en sigaren combineren prima!
Een echte gentleman gelijk! Ook scotch blijkt goed te combineren met boeken: http://thegentlemanblog.wordpress.com/2011/01/28/the-gentlemans-library/
BeantwoordenVerwijderenLeuk stukje waarom ik smakelijk heb moeten lachen. Ik drink overigens maar zelden Whisk(e)y, en dan bij voorkeur Malt. Een Chateau Pétrus 1961 zou mij beter smaken mits genoten uit een waardig glas; mijn 18de eeuwse roemer bijvoorbeeld ;-). Dank voor je reactie en verwijzing.
Verwijderen