Handzaam duodecimo (12˚) formaatje met een eenvoudig perkamenten omslagje. Het gaat om een: “Naamwyzer, waar in vertoond worden de naamen en woonplaatsen van haar ed. gr. achtb. De Heeren Regeerders der stad Amstelredam, dezes jaars 1788. Als mede van eenige Bedienden der zelve. Tot dienst aller Liefhebbers in goede orde gestelt” (Amsterdam, 1788). De inhoud bestaat uit meerdere losse onderdelen.
Na de eerdergenoemde ‘naamwyzer’ volgt een “Naam-register van al de Predikanten die t' sedert de Reformatie in de jare 1578 tot heden geweest, of noch zyn...”, vervolgens een “Lyste van de capiteinen, luitenants en officieren over de 60 Vaandelen Burgers binnen de stad Amsterdam...”, dan een “Verbetert specie-boek der verminderde Schellingen, tot 5 stuivers 8 penningen uitgerekent van vyf en vier Schellingen in een Worp als mede een Specie-Tafeltje van Agt-en-twintigen…” en tot slot de: “d’Erve der Wed Stichters Almanach op ’t Schrikkel-Jaar onses Heeren Jesu Christi, 1788…”. Er bestaan overigens ook exemplaren met een onderdeel waarin gegevens van Batavia en de vestigingen van de VOC zijn opgenomen.
Dergelijke boekjes staan bekend als ‘herenboekjes’, wat niet wil zeggen dat er helemaal geen dames in staan.
Die vinden we vaak terug als ‘buyten-moeders’ van hofjes, gods-, gast-, spin- en weeshuizen en vrijwel altijd met de vermelding ‘huisvrouw van ...’ zoals bijvoorbeeld één van de buitenmoeders van de Nieuwe Walenkerk “Laurentia Clara Elisabeth van Haesten, Huisvr. Van den Wel Ed. Heer Mr. P.C. Hasselaer, Regeerend Burgemeester, op de Keisersgraft, z.z. tussen de Reguliersgraft en Utrechtsestraat”.
Die vinden we vaak terug als ‘buyten-moeders’ van hofjes, gods-, gast-, spin- en weeshuizen en vrijwel altijd met de vermelding ‘huisvrouw van ...’ zoals bijvoorbeeld één van de buitenmoeders van de Nieuwe Walenkerk “Laurentia Clara Elisabeth van Haesten, Huisvr. Van den Wel Ed. Heer Mr. P.C. Hasselaer, Regeerend Burgemeester, op de Keisersgraft, z.z. tussen de Reguliersgraft en Utrechtsestraat”.
Alleen de ‘Schatsters in de boel- en erfhuyzen’; Anna Adriana Elzevier, Dorothea Wilhelmina Bennet, Beatrix Hoorn en Sara Johanna van der Straten, werden zonder verdere omschrijving met voor- en achternaam vermeld. Zeer waarschijnlijk waren ook zij wel huisvrouw maar niet in de hogere kringen en verschil – ook op papier - moest er wezen. Het boekje is een soort ‘Who is who’ van het jaar 1788; zeg maar een voorloper van de latere adresgidsjes en telefoonboeken.
De adressering is voor onze begrippen kort en vaag. Burgemeester Jan van de Poll woonde “op de Heeregraft bij het Koningsplyn”.
Geen huisnummers (waren er nog niet), soms een nadere precisering zoals bij de secretaris van de zeezaken Hieronimus van der Dussen: “op de Keizersgraft over ’t Huis met de Hoofden” en boekhouder Jan Hamaker “op de Rapenburgergraft, boven de Stal van Orsoy”.
De bibliofiel, tevens eerste stadsklerk ter secretarie Jeronimo de Bosch woonde “op de Keisersgraft, over de Groenlandse Pakhuizen”.
Soms tref je wat sluikreclame aan, bijvoorbeeld bij David Franco Mendes in de Rapenburgerstraat, één van de beëdigde ‘Translateurs’. Hij vertaalde “uit en in ’t Hebreeuwsch, Chaldeeuws, Spaansch, Portugeesch, Fransch, enz.”.
Vooral dat ‘enz.’ intrigeert me dan…en Jacobus Bakker, één van ‘Practiserende Boekhouders’ in de Pieter Jacobstraat, bij de Fluwelen Burgwal “instrueert in het Italiaansch en Scheeps Boekhouden”.
Geen huisnummers (waren er nog niet), soms een nadere precisering zoals bij de secretaris van de zeezaken Hieronimus van der Dussen: “op de Keizersgraft over ’t Huis met de Hoofden” en boekhouder Jan Hamaker “op de Rapenburgergraft, boven de Stal van Orsoy”.
De bibliofiel, tevens eerste stadsklerk ter secretarie Jeronimo de Bosch woonde “op de Keisersgraft, over de Groenlandse Pakhuizen”.
Soms tref je wat sluikreclame aan, bijvoorbeeld bij David Franco Mendes in de Rapenburgerstraat, één van de beëdigde ‘Translateurs’. Hij vertaalde “uit en in ’t Hebreeuwsch, Chaldeeuws, Spaansch, Portugeesch, Fransch, enz.”.
Vooral dat ‘enz.’ intrigeert me dan…en Jacobus Bakker, één van ‘Practiserende Boekhouders’ in de Pieter Jacobstraat, bij de Fluwelen Burgwal “instrueert in het Italiaansch en Scheeps Boekhouden”.
Deze boekjes kom je in antiquariaten en het veilingcircuit weinig tegen. Ze waren destijds bedoeld voor een beperkte doelgroep waaronder de functionarissen van de opgenomen (overheids)instellingen zelf. De oplage was daar op afgestemd en bovendien verscheen er elk jaar een nieuwe editie met als gevolg dat de oude vaak in de prullenbak verdween.
Eén blik in de STCN (Short Title Catalogue Netherlands) leert ons dat de Koninklijke Bibliotheek beschikt over een vrijwel complete serie van 1750 tot 1794 maar dat uitgerekend het jaar 1788 en 1789 ontbreken.
De conclusie dat het dus om een zeldzaam boekje gaat moet echter niet al te gauw getrokken worden. Dit soort efemeer drukwerk van overheidswege is vooral in archiefcollecties bewaard gebleven die vrijwel in het geheel niet zijn opgenomen in de STCN. Zo blijkt het Stadsarchief Amsterdam over een veel grotere serie te beschikken, vrijwel compleet van 1700 tot 1800 waaronder zelfs twee exemplaren van het jaar 1788!
Deze boekjes kom je in antiquariaten en het veilingcircuit weinig tegen. Ze waren destijds bedoeld voor een beperkte doelgroep waaronder de functionarissen van de opgenomen (overheids)instellingen zelf. De oplage was daar op afgestemd en bovendien verscheen er elk jaar een nieuwe editie met als gevolg dat de oude vaak in de prullenbak verdween.
Eén blik in de STCN (Short Title Catalogue Netherlands) leert ons dat de Koninklijke Bibliotheek beschikt over een vrijwel complete serie van 1750 tot 1794 maar dat uitgerekend het jaar 1788 en 1789 ontbreken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten