vrijdag 21 augustus 2020

Een unieke plano

In de bloedhete eerste week van mijn zomervakantie scoorde ik maar liefst twee bijzondere aanvullingen op deelcollecties in mijn bibliotheek. De meest sensationele van deze twee verdient een apart blog met nadere toelichting.

Het gaat om een aanvulling op mijn verzameling antiquarische taalspelletjes (lipogrammen) waarover ik eerder een populair blog schreef dat veel reacties opleverde. Destijds schreef ik dat één van de vroegste Nederlandse voorbeelden was: "Proeve van vyf klinkdichten, in welke naer rang zyn uitgelaeten de vyf vocaelen of klinkletters" (Delft, 1784), geschreven door 'A.F.' oftwel Albertus Frese (1714-1788).

Van huis uit was Frese een Haagse (amateur)schilder van portretten en historiestukken maar hij schreef ook toneelstukken in samenwerking met Christiaan Schaaf, alias 'Gladmakius' (1707-1772). Zijn lipogrammen verschenen destijds bij Jan de Groot Pz. in Delft en onder de zinspreuk "Ars superat fortunam" (Kunst gaat boven Fortuin) een klein literair genootschap waarvan Frese en Schaaf op het laatst nog de enige leden waren. De uitgave "een raar Stukje voor Liefhebbers van Poezy" kostte vijfenhalve stuiver en werd nog in 1801 door Jan de Groot Pz. verkocht.

Twee eeuwen later werd het gedicht door Battus (Hugo Brandt Corstius) opgenomen in zijn: "Opperlandse taal- en letterkunde" (Amsterdam, 1981) en ook Gerrit Komrij deed dat enkele jaren later in zijn: "De Nederlandse poëzie van de 17de en 18de eeuw in 1000 en enige gedichten" (Amsterdam, 1986). Leuk weetje; van het gedicht zonder de letter A bestaat (sinds 1996) zelfs een versie in het Esperanto! En daarmee, beste boekenvrienden, is in grote lijnen verteld wat er over Frese en zijn 'proeve' bekend is. 

Ik was daarom aangenaam verrast toen ik op Marktplaats diens befaamde klinkdicht tegenkwam als plano! Een volstrekt unicum dat kennelijk aan de aandacht van concurrerende boekensneupers was ontsnapt (inclusief de collectiespecialisten van de Koninklijke Bibliotheek). Zonder tegenbiedingen kon ik het voor wat kleingeld bemachtigen. Het enkelzijdig bedrukte blad wit papier (folio) met de vijf sonnetten, respectievelijk zonder A, E, I, O en U in een sierkader (31,9 cm. hoog en 24 cm. breed) vermeldt geen jaar, plaats, drukker of uitgever. 


Een dergelijk sierkader (ornamentzetkunst) zien we vooral terug bij vroeg 19de eeuwse koppermaandagprenten. Tekstueel (klik op de afbeelding om deze te vergroten) zijn er hier en daar kleine verschillen met het origineel uit 1784. Het papier heeft als watermerk een Franse lelie ('fleur de lis') met daaronder de letters VG. Deze papiersoort werd aan het begin van de negentiende eeuw vervaardigd door Van Gelder.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten