Johanna Coster (1893-1960) was de dochter van de Amsterdamse boekdrukker Simon Coster en Vrouwtje Goudeketting. Zij werd opgeleid aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam tot grafisch vormgever. In 1920 huwde zij met Henri Cohen. Na haar studie werkte ze als zelfstandig illustrator en modetekenaar voor het exclusieve Engelse modebedrijf Metz & Co Liberty. Haar eerste opdrachten waren voor deze firma. Daarnaast maakte zij in de jaren twintig (advertentie)tekeningen voor verschillende merken zoals voor Sunlight Zeep en Wrigley P.K. Kauwgom. In diezelfde periode startte ook haar illustratiewerk voor tijdschriften, school- en jeugdboeken. Een voorbeeld daarvan is de Lenie ten Heuvel-trilogie van Anna van Gogh-Kaulbach (1869-1960). De delen 'Een buitenkind' (1920), 'Lente' (1921) en 'De prullemand' (1922) werden door haar geïllustreerd. Haar tekenstijl toont verwantschap met Rie Cramer (1887-1977), Sijtje Aafjes (1893-1972) en Nelly Spoor (1885-1950).
Het werk voor J.H. de Bussy zal haar als dochter van een boekdrukker hebben aangesproken. Ondanks het feit dat juist deze uitgave haar in de reclamewereld bekendheid zou geven bleef het haar enige opdracht voor een uitgeverij en boekhandel.
Die bekendheid was niet in de laatste plaats te danken aan een lovend stuk dat verscheen in "De bedrijfsreklame. Officieel orgaan van de vereeniging tot bevordering der bedrijfsreklame" (Serie V, No. 6, Febr. 1919).
In het artikel van de hand van Ph. Cohen; "Een nieuw prospectus", lezen we ondermeer: "De kliché-pagina's worden voor een vierde deel ingenomen door een toepasselijke illustratie in kleur van Johanna Coster. Die illustraties zijn wonder-mooi van fijnheid en geestigheid. Ze pakken overal en vullen de kliché's, hoe mooi uitgevoerd, toch dode dingen, zo tintelend levendig aan". Het boekje imponeert, is rustig voornaam en artistiek. Uitgever en artiste hebben eer van hun werk - stelt Cohen - maar er is ook "Een enkel vlekje, helaas! De laatste drie pagina's bevattende de uitgaven en telefoonnommers dragen wat het tekstgedeelte betreft, geloven wij, de sporen van gezet te zijn zonder overleg met de medewerkende kunstenares. Wat jammer is, want nu is niet lest 't best!". Ter illustratie werd in dit nummer ook een bijlage opgenomen met enkele tekeningen die zij voor de prospectus van De Bussy maakte.
Cohen's artikel verklapt in de eerste alinea ook iets over het verschijningsjaar van deze ongedateerde brochure die volgens WorldCat uit ca. 1920 is. Dat was dus zeker twee jaar eerder en ik sluit niet uit dat het zelfs ergens begin 1917 was. Halverwege dat jaar rolde namelijk de vijfde druk van de pers van het "Adresboek voor de Nederlandsche Nijverheid en Export". In de brochure echter wordt nog geadverteerd met de vierde druk, die sinds 1914 verkrijgbaar was.
Dat Johanna's illustratieve vaardigheden in de reclamewereld hogelijk werden gewaardeerd blijkt ook uit het septembernummer van "De bedrijfsreklame" 1919 (Serie VII, september 1919, nr. 1) dat geheel door haar werd geïllustreerd, inclusief de omslag (zie foto boven dit artikel). Op de voorzijde kijkt een wijzende figuur ons indringend aan. Daarover lezen wij:
"Smaakvolle reklame, van artistenhand, is oppermachtig; zij is er eene, waarvan de vorm in juiste verhouding tot 't aangeprezen artikel is gekozen en door haar onomstootelijk 'gevoel van eigenwaarde' haar wil over den menschen zet. De titelplaat van Johanna Coster voor dit nummer bedoelt aldus den geest der reklame te verklaren. 'Hoort naar mij - zie naar mij - lichte, domineerende figuur. Ik, levendig van tint, snedig van lijn, doe kennen wat de aandacht verdient".
In een apart artikel door E. Liecken: "Johanna Coster", wordt haar "snedig werk voor den Debussy-catalogus" genoemd, "verradend haar rap besef van goed geschetste geconcentreerde activiteit op klein, pregnant bestek".
Uitgeverij en boekhandel J.H. de Bussy vond zijn oorsprong in 1868 in Veenendaal (verplaatste zich in 1872 naar Amsterdam) en heeft na diverse fusies, waarvan de belangrijkste in 1968 met drukker Ellerman Harms, tot rond 2000 bestaan. Het grootste gedeelte van archief van deze firma werd geschonken aan het Stadsarchief Amsterdam (toegangsnummer 1005) en beslaat (inclusief een aanvulling in 2006) circa tien meter. Sinds 1883 zat het hoofdkantoor (drukkerij en zetterij) van J.H. de Bussy aan het Amsterdamse Rokin, nrs. 60 en 62. Het directiepand nr. 62 werd in 1914 geheel nieuw gebouwd (wat wellicht een mooie aanleiding was om niet lang daarna deze smaakvolle brochure te laten drukken). Voorts zat op nummer 84 de exporthandel naar Oost- en West-Indiën. Deze drie monumentale panden bestaan nog steeds. Daarnaast was er een drukkerij/binderij in de Rustenburgerstraat (nr. 148) en Kuiperstraat.
De firma was met name actief overzee, bezat filialen in Zuid-Afrika (Pretoria en Kaapstad), en verzorgde veel drukwerk voor onze voormalige kolonie Nederlands Indie waaronder periodieken als: "De Indische Mercuur" en "De Indische Gids" naast: "standaardwerken op het gebied der cultures (Tabak, Thee, Koffie, Rubber, Suiker enz.) en op finantieel terrein (Fondsen-administratieboek, notitieboek voor den Bankclient enz.), Kaarten, Atlassen en tal van andere uitgaven".
Terug naar mijn brochure. De oblong uitgave (15,5 cm. x 24 cm.) in kartonnen omslag telt in totaal 96 bladzijden (blz. 94/95: 'Enkele der voornaamste uitgaven van de firma J.H. de Bussy' en blz. 96: 'De verschillende afdeelingen met hare telefoon-nummers').
Op vijfenveertig bladzijden staan foto's in verschillende sierkaders telkens ter rechterzijde geïllustreerd met een tekening, vaak in kleur, waarboven een omschrijving. Volgens WorldCat beschikken alleen de Koninklijke Bibliotheek en de bibliotheek van de Erasmus Universiteit Rotterdam over een exemplaar. Ik vond nog een derde exemplaar in een map met reclamedrukwerk van de firma in het Stadsarchief Amsterdam (1005, inv. nr. 329).
Net als voor het eerdergenoemde septembernummer 1919 van "De Bedrijfsreklame" tekende Johanna voor de gehele illustratieve vormgeving. Voor de voorzijde van de kartonnen omslag maakte ze een figuratieve omlijsting (in goud en smaragdgroen) waarbinnen de naam en vestigingsplaats van de firma ('J.H. de Bussy Amsterdam'). Voor het eerste blad tekende zij een drukkersvignet dat doet denken aan een volle boom met bladeren waarbinnen de letters 'JHdB'. Naast het strakke sierkader voor de titelpagina ontwierp zij ook de vijf verschillende sierkaders voor de fotopagina's.
De 45 ongenummerde foto's/illustratie's tonen (in de oorspronkelijke spelling met tussen haakjes het bladzijdenummer):
De perceelen Rokin 60 & 62 (5), Ontvangst-Hal van Rokin 62 (7), Directiekamer Rokin 62 (9), Het Gebouw Rokin 84 (11), Afdeeling Boekhandel (13), Afdeeling Tijdschriften (15), Afdeeling Boekhouding (17), Drukkerij Rustenburgerstraat 148 (19), Lettergieterij (21), Galvanische Baden (23), Het maken van Galvano's (25), Afdeeling Stereotypie (27), Zetterij van Boekwerken en Periodieken (29), Zetterij Afd. Waardepapieren (31), Zetterij (Rokin 60) Handelsdrukwerk (33),
Gedeelte der Zetterij Rokin 62 (35), Gedeelte der Drukkerij Rokin 62 (37), Gedeelte der Boekdrukkerij Rustenburgerstraat (39), Andere deel der Boekdrukkerij Rustenburgerstraat (41), Drukkerij Rustenburgerstraat afd. waardepapieren (43), Een kijkje in de afd. degelpersen Rustenburgerstraat (45), Degelpersen Drukkerij Rokin 60 (47), Gedeelte van het papiermagazijn Rustenburgerstraat (49), Kluizen op de drukkerij in de Rustenburgerstraat (51), Ontwerpen van Reclameplaten (53), Het graveeren op steen (55), Gedeelte der Steendrukkerij Rustenburgerstraat (57), Onze cliché-fabriek afd. fotografie (59), Retoucheeren van foto's en cliché's (61), Het etsen van cliché's (63),
Administreeren en bewaren van de cliché's (65), Boekbinderij. Vouwmachines (67), Gedeelte der Brocheerderij (69), Staaldraad- en Garennaaimachines (71), Het binden van kantoorboeken (73), Een gedeelte der binderij op Rokin 62 (75), Linieerderij (77), Enkele onzer papier-snijmachines (79), Stempelen van boekbanden (81), Hoogdruk (relief) stempelen (83), Brandkluizen in de kelders (drukkerij Rustenburgerstraat) (85), Schaftlokaal Rustenburgerstraat (87), Expeditie-afdeling (89), Expeditie van een order voor Oost-Indië (91) en: Afd. Advertentiekantoor (Rokin 60) (93).
De wereld van boekhandel en uitgeverij was duidelijk nog een mannenwereld. Alleen de boekbinderij/vouwmachines, de brocheerderij en de afdeling met staaldraad- en garennaaimachines worden geheel door vrouwen 'bemand', wat bij de eerste twee ook uit de illustraties blijkt.
Johanna Coster's oeuvre is bescheiden en doet tegenwoordig sentimenteel en gedateerd aan. Dat is ook logisch want vrijwel al haar illustratieve werk is van voor 1940. De prospectus voor J.H. de Bussy was een hoogtepunt in haar reclame werk. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zette ze haar grafische talenten in voor verzetswerk en vervalste ze persoonsbewijzen. Toen ze in juli 1960 overleed waren er nog maar weinigen die zich haar illustratieve vaardigheden herinnerden evenals haar spraakmakende werk voor J.H. de Bussy.